dinsdag 28 oktober 2008

Protestant

Protestant

ik moest naar catechisatie
ik wou niet deugen zei mijn vader
de witte kerk zou mij wel mores leren

het was een vergissing van mijn oude heer
na een paar keer was ik niet meer in de leer

           ik kocht een hippe zwarte lakjas
           ik kocht een snelle zwarte brommer
           ik draaide zwarte langspeelplaten
           ik spelde het vrijzinnige Hitweek
           ik was een provinciale provo
           ik was een lokale protestant

verhitte discussies over Gods bestaan
lieten mij koud als een kippenbout
in de diepvrieskluizen van Helmink
Hij zou dood zijn of ontsnapt
aan de dolende ‘dolle mens’ die
hem overdag zoekt met een lantaarn
in Nietschzes ‘Vrolijke wetenschap’
Hij was in geen velden of wegen
van mijn verwijde bewustzijn te bekennen

verdoofd door mijn luidsprekers
verblind door mijn sigarettenrook
kwam ik tot deze gewaagde these:

           als God bestaat dan speelt Hij
           elektrische gitaar in Engeland

het bewijs was een graffiti in de metro van Londen
daar stond geschreven: ‘Clapton is God’.